HANDELINGEN VAN DE APOSTELEN HOOFDSTUK 27 - Hnd 27 - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -

- Bibliografie - Literatuur - Liturgisch gebruik - Overzicht bijbelboeken - Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken - Overzicht van deze website -

Overzicht van Handelingen van de apostelen : Hnd (Handelingen) : overzicht , Hnd : woordgebruik - A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z - , Hnd : commentaar ,
Hnd 1 , Hnd 2 , Hnd 3 , Hnd 4 , Hnd 5 , Hnd 6 , Hnd 7 , Hnd 8 , Hnd 9 , Hnd 10 , Hnd 11 , Hnd 12 , Hnd 13 , Hnd 14 , Hnd 15 , Hnd 16 , Hnd 17 , Hnd 18 , Hnd 19 , Hnd 20 , Hnd 21 , Hnd 22 , Hnd 23 , Hnd 24 , Hnd 25 , Hnd 26 , Hnd 27 , Hnd 28 ,
Uitleg per pericope - Hnd 27,1-44 -
- Hnd 27,1-44 : Op transport naar Rome; schipbreuk .
Uitleg vers per vers : - Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -


Religie.opzijnbest.nl
ZOEKEN OP DEZE WEBSITE
PicoSearch
  Hulp
Verzorgd door PicoSearch
 
           
1. LXX , Griekse tekst N.T.   2. Vulgata   3. Synopsis Denaux - Vervenne  4. Statenvertaling   5. Willibrordvertaling   6. Nieuwe Vertaling   7. Naardense vertaling , zie
8. Bible de Jérusalem 9. Statenvertaling   10. King James Bible  - King James Bible 11. Luther-Bibel   liturgische lezing      

WEDERKERIGHEID (DIVERSITEIT - VICE VERSA) . Meer info : Arseen De Kesel . Email: arseen.de.kesel@pandora.be .
websitenamen : http://users.telenet.be/arseen.de.kesel/ en http://www.interlevensbeschouwelijk.be/index.htm
- STARTPAGINA - AGENDA - BIJ DE HAND - NIEUW - OVERZICHT -  TIJDSCHRIFTEN -
ALFABETISCH OVERZICHT VAN THEMA'S EN WEBSITES :
- A - B - C - D - E - F - G - H - I - J - K - L - M - N - O - P - Q - R - S - T - U - V - W - X -Y - Z
HOOFDTHEMA'S : allochtonen , armoede , bahá'í ,  bezinningsteksten , bijbel , bijbel en koran , boeddhisme , christendom , extreemrechts ( Vlaams Blok ) , fundamentalisme , globalisering en antiglobalisering ,  hindoeïsme , interlevensbeschouwelijke dialoog , interreligieuze meditatie , islam , jodendom , koran , levensbeschouwing , levensbeschouwing / godsdienst en onderwijs , racisme , samenleving , sikhisme , spiritualiteit , tewerkstelling van allochtonen , vluchtelingen en asielzoekers , vrijzinnigheid , witte scholen , multiculturele scholen en concentratiescholen , Eigen-zinnige beschouwingen , Het kleine of grote ongenoegen

Woordenschat
Bibliografie
- Reynier , Chantal , Paul de Tarse en Méditerranée . Recherches autour de la navigation dans l'Antiquité (Ac 27-28, 16) , Cerf , Paris , 2006 . Collection Lectio divina , numéro 206 . Page : 288 p . Format : 22 x 14 cm . Poids : 374.00 g . ISBN : 2-204-07930-8 . EAN13 : 9782204079303 .
Literatuur .
Liturgisch gebruik

Overzicht van de bijbelboeken
- bijbeloverzicht , bijbelverwijzingen , Oude Testament , Pentateuch , Historische boeken , Profeten , Wijsheidsboeken , Nieuwe Testament , Evangelies , Synoptici , Brieven van Paulus , Apostolische brieven .
- OT : Gn (Genesis) , Ex (Exodus) , Lv (Leviticus) , Nu (Numeri) , Dt (Deuteronomium) , Joz (Jozua) , Re (Rechters) , Rt (Ruth) , 1 S (1 Samuël) , 2 S (2 Samuël) , 1 K (1 Koningen) , 2 K (2 Koningen) , 1 Kr ( 1 Kronieken) , 2 Kr (2 Kronieken) , Ezr (Ezra) , Neh (Nehemia) , Tob (Tobia) , Jdt (Judith) , Est (Esther) , 1 Mak (1 Makkabeeën) , 2 Mak (2 Makkabeeën) , Job , Ps (Psalmen ) , Spr (Spreuken) , Pr (Prediker) , Hl (Hooglied) , W (Wijsheid) , Sir (Sirach) , Js (Jesaja) , Jr (Jeremia) , Kl (Klaagliederen) , Bar (Baruch) , Ez (Ezechiël) , Da (Daniël) , Hos (Hosea) , Jl (Joël) , Am (Amos) , Ob (Obadja) , Jon (Jona) , Mi (Micha) , Nah (Nahum) , Hab (Habakuk) , Sef (Sefanja) , Hag (Haggai) , Zach (Zacharia) , Mal (Maleachi) .
- NT : Mt (Matteüs) - Mc (Marcus) - Lc (Lucas) - Joh (Johannes) - Hnd (Handelingen) , Rom (Rome) , 1 Kor (Korinte) , 2 Kor (Korinte) , Gal (Galatië) , Ef (Efese) , Fil (Filippi) , Kol (Kolosse) , 1 Tes (Tessalonika) , 2 Tes (Tessalonika) , 1 Tim (Timoteüs) , 2 Tim (Timoteüs) , Tit (Titus) , Film (Filemon) , Heb (Hebreeën) , Jak (Jakobus) , 1 Pe (Petrus) , 2 Pe (Petrus) , 1 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , 2 Joh (Johannes) , Jud (Judas) , Apk (Apokalyps) .
Overzicht van de bibliografie van de bijbelboeken : - bibliografie bijbel - bibliografie van het Oude Testament - bibliografie Matteüsevangelie - bibliografie Marcusevangelie - bibliografie Lucasevangelie - bibliografie van het Johannesevangelie - bibliografie van het Nieuwe Testament (behalve evangeliën)

Hnd 27,1-44 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -

Hnd 27,1 - Hnd 27,1 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
1ôs de ekrithè tou apoplein èmas eis tèn italian, paredidoun ton te paulon kai tinas eterous desmôtas ekatontarchè onomati iouliô speirès sebastès.  1 ut autem iudicatum est eum navigare in Italiam et tradi Paulum cum reliquis custodiis centurioni nomine Iulio cohortis Augustae    1 En als het besloten was, dat wij naar Italië zouden afvaren, leverden zij Paulus en enige andere gevangenen, over aan een hoofdman over honderd, met name Julius van de keizerlijke bende.   [1] Toen ons vertrek* naar Italië was vastgesteld, droeg men Paulus en enkele andere gevangenen over aan Julius, een centurio van de cohort* Augusta*.   [1] Toen het besluit gevallen was dat wij naar Italië zouden gaan, werden Paulus en enkele andere gevangenen overgedragen aan Julius, een centurio van een van de keizerlijke cohorten.   1 ¶ Zodra besloten is dat wij zullen uitzeilen naar Italië, geven ze Paulus en enkele andere gevangenen over aan een overste over honderd met de naam Julius, van de garde van Zijne Eerbiedwaardige.  1. Quand notre embarquement pour l'Italie eut été décidé, on remit Paul et quelques autres prisonniers à un centurion de la cohorte Augusta, nommé Julius. 

King James Bible . [1] And when it was determined that we should sail into Italy, they delivered Paul and certain other prisoners unto one named Julius, a centurion of Augustus' band.
Luther-Bibel . 1 Als es aber beschlossen war, dass wir nach Italien fahren sollten, übergaben sie Paulus und einige andre Gefangene einem Hauptmann mit Namen Julius von einer kaiserlichen Abteilung.

Tekstuitleg van Hnd 27,1 Dit vers Hnd 27,1 telt X woorden en X letters . De getalwaarde van Hnd 27,1 is X .

15. onomati (met naam) . Verwijzing : onoma (naam) , zie Lc 23,50 . Datief onzijdig enkelvoud van het zelfstandig naamwoord onoma (naam) . In 260 verzen in de bijbel . In 168 verzen in het O.T. . In tweeënnegentig verzen in het N.T. . In zestien verzen in Lc . In vijfendertig verzen in Hnd : (1) Hnd 2,38 . (2) Hnd 3,6 . (3) Hnd 4,7 . (4) Hnd 4,10 . (5) Hnd 4,17 . (6) Hnd 4,18 . (7) Hnd 5,1 . (8) Hnd 5,28 . (9) Hnd 5,34 . (10) Hnd 5,40 . (11) Hnd 8,9 . (12) Hnd 9,10 . (13) Hnd 9,11 . (14) Hnd 9,12 . (15) Hnd 9,27 . (16) Hnd 9,28 . (17) Hnd 9,33 . (18) Hnd 9,36 . (19) Hnd 10,1 . (20) Hnd 10,48 . (21) Hnd 11,28 . (22) Hnd 12,13 . (23) Hnd 15,14 . (24) Hnd 16,1 . (25) Hnd 16,14 . (26) Hnd 16,18 . (27) Hnd 17,34 . (28) Hnd 18,2 . (29) Hnd 18,7 . (30) Hnd 18,24 . (31) Hnd 19,24 . (32) Hnd 20,9 . (33) Hnd 21,10 . (34) Hnd 27,1 . (35) Hnd 28,7 .

Hnd 27,2 - Hnd 27,2 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
2epibantes de ploiô adramuttènô mellonti plein eis tous kata tèn asian topous anèchthèmen, ontos sun èmin aristarchou makedonos thessalonikeôs:  2 ascendentes autem navem hadrumetinam incipientem navigare circa Asiae loca sustulimus perseverante nobiscum Aristarcho Macedone Thessalonicense    2 En in een Adramyttenisch schip gegaan zijnde, alzo wij de plaatsen langs Azië bevaren zouden, voeren wij af; en Aristarchus, de Macedoniër van Thessalonica, was met ons.  [2] Wij gingen aan boord van een Adramytteens* schip dat de havens langs de kust van Asia zou aandoen, en voeren weg; in ons gezelschap bevond zich Aristarchus*, een Macedoniër uit Tessalonica.  [2] We gingen aan boord van een schip uit Adramyttium, dat de havens langs de kust van Asia zou aandoen, en voeren weg. Aristarchus, de Macedoniër uit Tessalonica, reisde met ons mee. 2 We stappen aan boord van een Adramytteens schip dat naar de plaatsen langs de kust van Asia gaat zeilen en varen de zee op, met ons mee is Aristarchus een Macedoniër uit Tessalonica.  2. Nous montâmes à bord d'un vaisseau d'Adramyttium qui allait partir pour les côtes d'Asie, et nous prîmes la mer. Il y avait avec nous Aristarque, un Macédonien de Thessalonique 

King James Bible . [2] And entering into a ship of Adramyttium, we launched, meaning to sail by the coasts of Asia; one Aristarchus, a Macedonian of Thessalonica, being with us.
Luther-Bibel . 2 Wir bestiegen aber ein Schiff aus Adramyttion, das die Küstenstädte der Provinz Asien anlaufen sollte, und fuhren ab; mit uns war auch Aristarch, ein Mazedonier aus Thessalonich.

Tekstuitleg van Hnd 27,2 .

Hnd 27,3 - Hnd 27,3 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
3tè te etera katèchthèmen eis sidôna, filanthrôpôs te o ioulios tô paulô chrèsamenos epetrepsen pros tous filous poreuthenti epimeleias tuchein.  3 sequenti autem die devenimus Sidonem humane autem tractans Iulius Paulum permisit ad amicos ire et curam sui agere    3 En des anderen daags kwamen wij aan te Sidon. En Julius, vriendelijk met Paulus handelende, liet hem toe tot de vrienden te gaan, om van hen bezorgd te worden.  [3] De volgende dag gingen we in Sidon aan land. Julius was zo welwillend Paulus toe te staan zijn vrienden op te zoeken en hun goede zorgen te genieten.  [3] De volgende dag liepen we de haven van Sidon binnen, en Julius, die Paulus heel voorkomend behandelde, vond het goed dat hij naar zijn vrienden ging om door hen verzorgd te worden.   3 De volgende dag varen we Sidon binnen. Julius treedt mensvriendelijk op tegen Paulus en staat hem toe naar de vrienden te gaan en daar verzorging te krijgen.  . 3. Le lendemain, nous touchâmes à Sidon. Julius fit preuve d'humanité à l'égard de Paul en lui permettant d'aller trouver ses amis et de recevoir leurs bons offices. 

King James Bible . [3] And the next day we touched at Sidon. And Julius courteously entreated Paul, and gave him liberty to go unto his friends to refresh himself.
Luther-Bibel . 3 Und am nächsten Tag kamen wir in Sidon an; und Julius verhielt sich freundlich gegen Paulus und erlaubte ihm, zu seinen Freunden zu gehen und sich pflegen zu lassen.

Tekstuitleg van Hnd 27,3 .

Hnd 27,4 - Hnd 27,4 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
4 kakeithen anachthentes upepleusamen tèn kupron dia to tous anemous einai enantious,   4 et inde cum sustulissemus subnavigavimus Cypro propterea quod essent venti contrarii   4 En van daar afgevaren zijnde, voeren wij onder Cyprus heen, omdat de winden ons tegen waren.   [4] We voeren vandaar weer weg en zeilden Cyprus aan de lijzijde voorbij, omdat de wind tegen was.  [4] Nadat we uit Sidon vertrokken waren hadden we met veel tegenwind te kampen, en daarom voeren we om Cyprus heen.  4 Daarvandaan de zee op varend zeilen we onder Cyprus langs, omdat we de winden tegen hebben.  4. Partis de là, nous longeâmes la côte de Chypre, parce que les vents étaient contraires. 

King James Bible . [4] And when we had launched from thence, we sailed under Cyprus, because the winds were contrary.
Luther-Bibel . 4 Und von da stießen wir ab und fuhren im Schutz von Zypern hin, weil uns die Winde entgegen waren,

Tekstuitleg van Hnd 27,4 .

2. anachthentes (opgevaren) . Verwijzing : agô (leiden) , zie Lc 23,1 . Passief aorist participium nominatief mannelijk en vrouwelijk meervoud van het werkwoord anagô (naar boven leiden / voeren, opvaren) . In drie verzen in de bijbel . Slechts in Hnd : (1) Hnd 13,13 . (2) Hnd 16,11 . (3) Hnd 27,4 .

Hnd 27,5 - Hnd 27,5 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
5to te pelagos to kata tèn kilikian kai pamfulian diapleusantes katèlthomen eis mura tès lukias. 5 et pelagus Ciliciae et Pamphiliae navigantes venimus Lystram quae est Lyciae     5 En de zee, die langs Cilicië en Pamfylië is, doorgevaren zijnde, kwamen wij aan te Myra in Lycie.  [5] We staken de zee voor Cilicië en Pamfylië over en bereikten Myra* in Lycië.   [5] We doorkruisten de zee bezuiden Cilicië en Pamfylië en liepen Myra in Lycië binnen.   5 Zeilend over de open zee langs Cilicië en Pamfylië komen we aan land in Myra in Lycië.  5. Traversant ensuite les mers de Cilicie et de Pamphylie, nous arrivâmes au bout de quinze jours à Myre en Lycie. 

King James Bible . [5] And when we had sailed over the sea of Cilicia and Pamphylia, we came to Myra, a city of Lycia.
Luther-Bibel . 5 und fuhren über das Meer längs der Küste von Zilizien und Pamphylien und kamen nach Myra in Lyzien.

Tekstuitleg van Hnd 27,5 .

Hnd 27,6 - Hnd 27,6 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
6kakei eurôn o ekatontarchès ploion alexandrinon pleon eis tèn italian enebibasen èmas eis auto.  6 et ibi inveniens centurio navem alexandrinam navigantem in Italiam transposuit nos in eam    6 En de hoofdman, aldaar een schip gevonden hebbende van Alexandrië, dat naar Italië voer, deed ons in hetzelve overgaan.  [6] Daar vond de centurio een Alexandrijns* schip dat naar Italië ging en bracht ons daarop over.   [6] Daar vond de centurio een schip uit Alexandrië met Italië als bestemming, en hij scheepte ons daarop in.   6 Daar vindt de overste over honderd een Alexandrijns schip dat naar Italië zeilt en hij laat ons daarop overstappen.  6. Là, le centurion trouva un navire alexandrin en partance pour l'Italie et nous fit monter à bord.  

King James Bible . [6] And there the centurion found a ship of Alexandria sailing into Italy; and he put us therein.
Luther-Bibel . 6 Und dort fand der Hauptmann ein Schiff aus Alexandria, das nach Italien ging, und ließ uns darauf übersteigen.

Tekstuitleg van Hnd 27,6 . Dit vers Hnd 27,6 telt X woorden en X letters . De getalwaarde van Hnd 27,6 is X .

14. auto (het) , verwijzend naar ploion = schip . Verwijzing : autos (hij zelf) , zie Lc 24,36 . Nominatief en accusatief onzijdig enkelvoud . In 490 verzen in de bijbel . In 101 verzen in het N.T. . In acht verzen in Hnd : (1) Hnd 1,15 . (2) Hnd 2,1 . (3) Hnd 2,44 . (4) Hnd 2,47 . (5) Hnd 4,26 . (6) Hnd 7,6 . (7) Hnd 14,1 . (8) Hnd 27,6 .

Hnd 27,7 - Hnd 27,7 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
7en ikanais de èmerais braduploountes kai molis genomenoi kata tèn knidon, mè proseôntos èmas tou anemou, upepleusamen tèn krètèn kata salmônèn,  7 et cum multis diebus tarde navigaremus et vix devenissemus contra Cnidum prohibente nos vento adnavigavimus Cretae secundum Salmonem   7 En als wij vele dagen langzaam voortvoeren, en nauwelijks tegenover Knidus gekomen waren, overmits het ons de wind niet toeliet, zo voeren wij onder Kreta heen, tegenover Salmone.  [7] Dagenlang vorderden we maar langzaam, en met moeite kwamen we ter hoogte van Knidus, omdat de wind niet meezat. Kreta zeilden we aan de lijzijde voorbij, langs kaap Salmone,  [7] Ettelijke dagen lang maakten we nauwelijks vaart, zodat we slechts met moeite ter hoogte van Knidus kwamen. Omdat de wind ons niet vooruit liet komen, voeren we om Kreta heen, langs kaap Salmone,   7 Gedurende heel wat dagen zeilen we langzaam en komen met moee langs Knidus omdat de wind ons niet meezit. We zeilen onder Kreta door langs Salmone.   7. Pendant plusieurs jours la navigation fut lente, et nous arrivâmes à grand-peine à la hauteur de Cnide. Le vent ne nous permit pas d'aborder, nous longeâmes alors la Crète vers le cap Salmoné, 

King James Bible . [7] And when we had sailed slowly many days, and scarce were come over against Cnidus, the wind not suffering us, we sailed under Crete, over against Salmone;
Luther-Bibel . 7 Wir kamen aber viele Tage nur langsam vorwärts und gelangten mit Mühe bis auf die Höhe von Knidos, denn der Wind hinderte uns; und wir fuhren im Schutz von Kreta hin, bis auf die Höhe von Salmone,

Tekstuitleg van Hnd 27,7 .

Hnd 27,8 - Hnd 27,8 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
8molis te paralegomenoi autèn èlthomen eis topon tina kaloumenon kalous limenas, ô eggus polis èn lasaia.  8 et vix iuxta navigantes venimus in locum quendam qui vocatur Boni portus cui iuxta erat civitas Thalassa    8 En hetzelve nauwelijks voorbij zeilende, kwamen wij in een zekere plaats genaamd Schonehavens, waar de stad Lasea nabij was.  [8] en nadat we daar met moeite voorbij gekomen waren bereikten we een plaats die Schoonhaven* wordt genoemd, dichtbij de stad Lasea.   [8] en nadat we met moeite een eind langs de kust hadden gezeild, legden we aan in een plaats die Goede Havens heet, vlak bij de stad Lasea.  8 Met moeite varen we haar voorbij en komen aan in een zekere plaats die Goede Redes wordt genoemd, waar een stad Lasea dichtbij is. 8. et après l'avoir côtoyée péniblement, nous arrivâmes à un endroit appelé Bons-Ports, près duquel se trouve la ville de Lasaïa. 

King James Bible . [8] And, hardly passing it, came unto a place which is called The fair havens; nigh whereunto was the city of Lasea.
Luther-Bibel . 8 und gelangten kaum daran vorbei und kamen an einen Ort, der »Guthafen« heißt; nahe dabei lag die Stadt Lasäa.

Tekstuitleg van Hnd 27,8 .

Hnd 27,9 - Hnd 27,9 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
9ikanou de chronou diagenomenou kai ontos èdè episfalous tou ploos dia to kai tèn nèsteian èdè parelèluthenai, parènei o paulos   9 multo autem tempore peracto et cum iam non esset tuta navigatio eo quod et ieiunium iam praeterisset consolabatur Paulus    9 En als veel tijd verlopen, en de vaart nu zorgelijk was, omdat ook de vasten nu voorbij was, vermaande hen Paulus,   [9] Veel tijd was er verloren gegaan, de vasten* was al voorbij en het varen werd gevaarlijk. Daarom waarschuwde Paulus hen.
[9] Er was al geruime tijd verstreken en ook de tijd van het vasten was al voorbij, zodat het gevaarlijk werd om uit te varen. Daarom waarschuwde Paulus de bemanning als volgt:  
9 Nu er heel wat tijd verstreken is en het al gevaarlijk is om te zeilen omdat ook de herfstvasten al voorbijgegaan is, heeft Paulus hen vermaand  9. Il s'était écoulé pas mal de temps, et la navigation était désormais périlleuse, car même le Jeûne était déjà passé. Paul les en avertissait : 

King James Bible . [9] Now when much time was spent, and when sailing was now dangerous, because the fast was now already past, Paul admonished them,
Luther-Bibel . 9 Da nun viel Zeit vergangen war und die Schifffahrt bereits gefährlich wurde, weil auch die Fastenzeit schon vorüber war, ermahnte sie Paulus

Tekstuitleg van Hnd 27,9 .

4. De losse genitief diagenomenou... (van het werkwoord diaginomai: vergaan, vervliegen) komt in de bijbel slechts in twee verzen voor : (1) Mc 16,1 (2) Hnd 27,9 . Verwijzing : ginomai (gebeuren, worden, ontstaan) , zie Lc 1,5 , Mc 1,4 en Mc 16,1 .

Hnd 27,10 - Hnd 27,10 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
10legôn autois, andres, theôrô oti meta ubreôs kai pollès zèmias ou monon tou fortiou kai tou ploiou alla kai tôn psuchôn èmôn mellein esesthai ton ploun.   10 dicens eis viri video quoniam cum iniuria et multo damno non solum oneris et navis sed etiam animarum nostrarum incipit esse navigatio    10 En zeide tot hen: Mannen, ik zie, dat de vaart zal geschieden met hinder en grote schade, niet alleen van de lading en van het schip, maar ook van ons leven.  [10] ‘Mannen,’ zei hij, ‘verder varen is roekeloos; ik voorzie grote risico’s, niet alleen voor schip en lading, maar ook voor ons leven.’  [10] ‘Ik voorzie grote moeilijkheden als we nu uitvaren: niet alleen lopen de lading en het schip gevaar, maar ook onze levens.’   10 en tot hen gezegd: mannen, ik voorzie dat verder zeilen iets gaat worden met hinder en veel schade, niet alleen voor de lading en het schip maar ook voor onze levens!   10. « Mes amis, leur disait-il, je vois que la navigation n'ira pas sans péril et sans grave dommage non seulement pour la cargaison et le navire, mais même pour nos personnes. »  

King James Bible . [10] And said unto them, Sirs, I perceive that this voyage will be with hurt and much damage, not only of the lading and ship, but also of our lives.
Luther-Bibel . 10 und sprach zu ihnen: Liebe Männer, ich sehe, dass diese Fahrt nur mit Leid und großem Schaden vor sich gehen wird, nicht allein für die Ladung und das Schiff, sondern auch für unser Leben.

Tekstuitleg van Hnd 27,10 .

Hnd 27,11 - Hnd 27,11 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
11o de ekatontarchès tô kubernètè kai tô nauklèrô mallon epeitheto è tois upo paulou legomenois.   11 centurio autem gubernatori et nauclerio magis credebat quam his quae a Paulo dicebantur    11 Doch de hoofdman geloofde meer den stuurman en den schipper, dan hetgeen van Paulus gezegd werd.   [11] Maar de centurio ging liever af op de kapitein en de eigenaar dan op wat Paulus had gezegd.   11] Maar de centurio stelde meer vertrouwen in de stuurman en de kapitein dan in de woorden van Paulus.   11 Maar de overste over honderd heeft liever de stuurman en de schipper geloofd dan wat door Paulus werd gezegd.   11. Le centurion se fiait au capitaine et à l'armateur plutôt qu'aux dires de Paul ;

King James Bible . [11] Nevertheless the centurion believed the master and the owner of the ship, more than those things which were spoken by Paul.
Luther-Bibel . 11 Aber der Hauptmann glaubte dem Steuermann und dem Schiffsherrn mehr als dem, was Paulus sagte.

Tekstuitleg van Hnd 27,11 .

Hnd 27,12 - Hnd 27,12 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
12aneuthetou de tou limenos uparchontos pros paracheimasian oi pleiones ethento boulèn anachthènai ekeithen, ei pôs dunainto katantèsantes eis foinika paracheimasai, limena tès krètès bleponta kata liba kai kata chôron.   12 et cum aptus portus non esset ad hiemandum plurimi statuerunt consilium navigare inde si quo modo possent devenientes Phoenice hiemare portum Cretae respicientem ad africum et ad chorum    12 En alzo de haven ongelegen was om te overwinteren, vond het meerder deel geraden ook van daar te varen, of zij enigszins te Fenix konden aankomen om te overwinteren, zijnde een haven in Kreta, strekkende tegen het zuidwesten en tegen het noordwesten.   [12] Omdat de haven niet geschikt was om er te overwinteren, besloot de meerderheid verder te varen om zo mogelijk Feniks te bereiken, een haven op Kreta die op het westen ligt, en daar te overwinteren.   [12] Omdat de haven ongeschikt was voor overwintering, nam de meerderheid het besluit uit te varen in de hoop Feniks te bereiken, een haven op Kreta die bescherming biedt tegen de zuid- en noordwestenwind, en daar te overwinteren.  12 ¶ En omdat de haven ongeschikt is voor overwintering, geven de meesten de raad daarvandaan de zee op te varen, om zo mogelijk in Feniks aan te landen, een haven van Kreta die uitkijkt op zuid– en noordwest.  12. le port se prêtait d'ailleurs mal à l'hivernage. La plupart furent donc d'avis de partir et de gagner, si possible, pour y passer l'hiver, Phénix, un port de Crète tourné vers le sud-ouest et le nord-ouest. 

King James Bible . [12] And because the haven was not commodious to winter in, the more part advised to depart thence also, if by any means they might attain to Phenice, and there to winter; which is an haven of Crete, and lieth toward the south west and north west.
Luther-Bibel . 12 Und da der Hafen zum Überwintern ungeeignet war, bestanden die meisten von ihnen auf dem Plan, von dort weiterzufahren und zu versuchen, ob sie zum Überwintern bis nach Phönix kommen könnten, einem Hafen auf Kreta, der gegen Südwest und Nordwest offen ist.

Tekstuitleg van Hnd 27,12 .

Hnd 27,13 - Hnd 27,13 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
13upopneusantos de notou doxantes tès protheseôs kekratèkenai, arantes asson parelegonto tèn krètèn.  13 adspirante autem austro aestimantes propositum se tenere cum sustulissent de Asson legebant Cretam      13 En alzo de zuidenwind zachtelijk waaide, meenden zij hun voornemen verkregen te hebben, en afgevaren zijnde, zeilden zij dicht voorbij Kreta henen. [13] Toen er een lichte zuidenwind opstak, dachten ze hun doel al bereikt te hebben. Ze lichtten het anker en zeilden vlak onder de kust van Kreta.  
[13] Toen er vanuit het zuiden een lichte bries opstak, dachten ze hun plan te kunnen uitvoeren. Ze lichtten het anker en kozen zee, en voeren zo dicht mogelijk onder de kust van Kreta. 
13 Als er een beetje zuidenwind waait, denken zij hun voornemen gekregen te hebben; ze lichten het anker en zijn Kreta voorbij gaan varen.  13. Un léger vent du sud s'étant levé, ils se crurent en mesure d'exécuter leur projet. Ils levèrent l'ancre et se mirent à côtoyer de près la Crète.  

King James Bible . [13] And when the south wind blew softly, supposing that they had obtained their purpose, loosing thence, they sailed close by Crete.
Luther-Bibel . 13 Als aber der Südwind wehte, meinten sie, ihr Vorhaben ausführen zu können, lichteten die Anker und fuhren nahe an Kreta entlang.

Tekstuitleg van Hnd 27,13 .

Hnd 27,14 - Hnd 27,14 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
14met ou polu de ebalen kat autès anemos tufônikos o kaloumenos eurakulôn:   14 non post multum autem misit se contra ipsam ventus typhonicus qui vocatur euroaquilo      14 Maar niet lang daarna, sloeg tegen hetzelve een stormwind, genaamd Euroklydon. [14] Maar het duurde niet lang of vanaf het eiland begon een zware storm te razen, de zogenaamde euraquilo*.   [14] Maar al spoedig stak er een hevige aflandige wind op, die Eurakylon wordt genoemd.   14 Maar niet veel later stort daarlangs een wervelstorm neer, de zogenoemde euraquilo.   14. Mais bientôt, venant de l'île, se déchaîna un vent d'ouragan nommé Euraquilon.  

King James Bible . [14] But not long after there arose against it a tempestuous wind, called Euroclydon.
Luther-Bibel . 14 Nicht lange danach aber brach von der Insel her ein Sturmwind los, den man Nordost nennt.

Tekstuitleg van Hnd 27,14 .

Hnd 27,15 - Hnd 27,15 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
15sunarpasthentos de tou ploiou kai mè dunamenou antofthalmein tô anemô epidontes eferometha. 15 cumque arrepta esset navis et non posset conari in ventum data nave flatibus ferebamur    15 En als het schip daarmede weggerukt werd, en niet kon tegen den wind opzeilen, gaven wij het op, en dreven heen. [15] Het schip werd meegesleurd en kon de kop niet in de wind houden. We moesten het opgeven en ons laten meevoeren.  [15] Omdat het schip werd meegesleurd en we geen kans zagen bij te draaien, gaven we onze pogingen op en lieten ons meedrijven.  15 Het schip wordt meegesleurd en kan niet tegen de wind op; we moeten het opgeven en hebben ons laten meedrijven.   15. Le navire fut entraîné et ne put tenir tête au vent ; nous nous abandonnâmes donc à la dérive.  

King James Bible . [15] And when the ship was caught, and could not bear up into the wind, we let her drive.
Luther-Bibel . 15 Und da das Schiff ergriffen wurde und nicht mehr gegen den Wind gerichtet werden konnte, gaben wir auf und ließen uns treiben.

Tekstuitleg van Hnd 27,15 .

Hnd 27,16 - Hnd 27,16 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
16nèsion de ti upodramontes kaloumenon kauda ischusamen molis perikrateis genesthai tès skafès,   16 insulam autem quandam decurrentes quae vocatur Caudam potuimus vix obtinere scapham     16 En lopende onder een zeker eilandje, genaamd Klauda, konden wij nauwelijks de boot machtig worden. [16] Toen we in de luwte van het eilandje Klauda* kwamen, slaagden we er met moeite in de sloep te pakken te krijgen.  [16] Toen we onder de lij van het eilandje Kauda kwamen, lukte het ons met de nodige moeite om de sloep langszij te krijgen.   16 Maar als we in de luwte schieten van een eilandje dat Klauda wordt genoemd, slagen we er met moeite in de sloep meester te worden.  16. Filant sous une petite île appelée Cauda, nous réussîmes à grand-peine à nous rendre maîtres de la chaloupe. 

King James Bible . [16] And running under a certain island which is called Clauda, we had much work to come by the boat:
Luther-Bibel . 16 Wir fuhren aber vorbei an einer Insel, die Kauda heißt, da konnten wir mit Mühe das Beiboot in unsre Gewalt bekommen.

Tekstuitleg van Hnd 27,16 .

Hnd 27,17 - Hnd 27,17 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
17èn arantes boètheiais echrônto upozônnuntes to ploion: foboumenoi te mè eis tèn surtin ekpesôsin, chalasantes to skeuos, outôs eferonto.   17 qua sublata adiutoriis utebantur accingentes navem timentes ne in Syrtim inciderent submisso vase sic ferebantur     17 Dewelke opgehaald hebbende, gebruikten zij alle behulpselen, het schip ondergordende; en alzo zij vreesden, dat zij op de droogte Syrtis vervallen zouden, streken zij het zeil, en dreven alzo henen. [17] Nadat ze die aan boord gehesen hadden, troffen ze veiligheidsmaatregelen; ze sloegen kabels om de romp. Uit angst op de Syrte* geworpen te worden, zetten ze zeil bij en lieten zich zo meevoeren.  [17] De bemanning hees de sloep omhoog en verstevigde bij wijze van veiligheidsmaatregel de romp van het schip met touwen. Uit angst om in de Syrte aan de grond te lopen, wierpen ze het drijfanker uit en lieten het schip drijven.   17 Ze hijsen die op en hebben de hulplijnen gebruikt om het schip te ondergorden. Uit vrees om op de Syrte vast te lopen, laten ze het tuig neer, en zo hebben ze zich laten drijven.   17. Après l'avoir hissée, on fit usage des engins de secours : on ceintura le navire ; puis, par crainte d'aller échouer sur la Syrte, on laissa glisser l'ancre flottante. On allait ainsi à la dérive.  

King James Bible . [17] Which when they had taken up, they used helps, undergirding the ship; and, fearing lest they should fall into the quicksands, strake sail, and so were driven.
Luther-Bibel . 17 Sie zogen es herauf und umspannten zum Schutz das Schiff mit Seilen. Da sie aber fürchteten, in die Syrte zu geraten, ließen sie den Treibanker herunter und trieben so dahin.

Tekstuitleg van Hnd 27,17 .

18. houtôs (zo) . Verwijzing : houtôs (zo, op deze wijze) , zie Mt 21,6 . In 907 verzen in de bijbel . In 708 verzen in het O.T. . In 199 verzen in het N.T. . In eenentwintig verzen bij Lucas . In zesentwintig verzen in Handelingen : (1) Hnd 1,11 . (2) Hnd 3,18 . (3) Hnd 7,1 . (4) Hnd 7,6 . (5) Hnd 7,8 . (6) Hnd 8,32 . (7) Hnd 12,8 . (8) Hnd 12,15 . (9) Hnd 13,8 . (10) Hnd 13,34 . (11) Hnd 13,47 . (12) Hnd 14,1 . (13) Hnd 17,11 . (14) Hnd 17,33 . (15) Hnd 19,20 . (16) Hnd 20,11 . (17) Hnd 20,13 . (18) Hnd 20,35 . (19) Hnd 21,11 . (20) Hnd 22,24 . (21) Hnd 24,9 . (22) Hnd 24,14 . (23) Hnd 27,17 . (24) Hnd 27,25 . (25) Hnd 27,44 . (26) Hnd 28,14 .

Hnd 27,18 - Hnd 27,18 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
18sfodrôs de cheimazomenôn èmôn tè exès ekbolèn epoiounto,   18 valide autem nobis tempestate iactatis sequenti die iactum fecerunt      18 En alzo wij van het onweder geweldiglijk geslingerd werden, deden zij den volgende dag een uitworp; [18] De volgende dag, toen we zeer zwaar weer hadden, begonnen ze spullen overboord te zetten   [18] Het geweld van de storm was zo groot dat ze de volgende dag een deel van de lading overboord gooiden,  18 Toen we ontzettend geteisterd werden door winterstormen, hebben ze de volgende dag lading overboord geworpen,  18. Le lendemain, comme nous étions furieusement battus de la tempête, on se mit à délester le navire 

King James Bible . [18] And we being exceedingly tossed with a tempest, the next day they lightened the ship;
Luther-Bibel . 18 Und da wir großes Ungewitter erlitten, warfen sie am nächsten Tag Ladung ins Meer.

Tekstuitleg van Hnd 27,18 .

Hnd 27,19 - Hnd 27,19 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
19kai tè tritè autocheires tèn skeuèn tou ploiou erripsan.  19 et tertia die suis manibus armamenta navis proiecerunt    19 En den derden dag wierpen wij met onze eigen handen het scheepsgereedschap uit. [19] en op de derde dag kapten ze eigenhandig het tuig.   [ [19] en de dag daarna wierpen ze zelfs de scheepsuitrusting in zee.   19 en op de derde hebben ze eigenhandig het tuig gekapt.   19. et, le troisième jour, de leurs propres mains, les matelots jetèrent les agrès à la mer.  

King James Bible . [19] And the third day we cast out with our own hands the tackling of the ship.
Luther-Bibel . 19 Und am dritten Tag warfen sie mit eigenen Händen das Schiffsgerät hinaus.

Tekstuitleg van Hnd 27,19 .

Hnd 27,20 - Hnd 27,20 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
20mète de èliou mète astrôn epifainontôn epi pleionas èmeras, cheimônos te ouk oligou epikeimenou, loipon perièreito elpis pasa tou sôzesthai èmas.   20 neque sole autem neque sideribus apparentibus per plures dies et tempestate non exigua inminente iam ablata erat spes omnis salutis nostrae    20 En als noch zon noch gesternten verschenen in vele dagen, en geen klein onweder ons drukte, zo werd ons voort alle hoop van behouden te worden benomen.  [20] Zon en sterren waren vele dagen lang niet te zien, de storm minderde niet, en uiteindelijk werd ons alle hoop op redding ontnomen.  [20] Dagenlang waren de zon noch de sterren te zien en bleef de storm in alle hevigheid woeden, zodat we ten slotte elke hoop op redding verloren.  20 Toen verscheidene dagen geen zon en geen sterren verschenen en een niet geringe winterstorm bleef aanhouden, werd ons verder alle hoop ontnomen dat wij gered zouden worden.  20. Ni soleil ni étoiles n'avaient brillé depuis plusieurs jours, et la tempête gardait toujours la même violence ; aussi tout espoir de salut était-il désormais perdu pour nous.  

King James Bible . [20] And when neither sun nor stars in many days appeared, and no small tempest lay on us, all hope that we should be saved was then taken away.
Luther-Bibel . 20 Da aber viele Tage weder Sonne noch Sterne schienen und ein gewaltiges Ungewitter uns bedrängte, war all unsre Hoffnung auf Rettung dahin.

Tekstuitleg van Hnd 27,20 .

Hnd 27,21 - Hnd 27,21 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
21pollès te asitias uparchousès tote statheis o paulos en mesô autôn eipen, edei men, ô andres, peitharchèsantas moi mè anagesthai apo tès krètès kerdèsai te tèn ubrin tautèn kai tèn zèmian.   21 et cum multa ieiunatio fuisset tunc stans Paulus in medio eorum dixit oportebat quidem o viri audito me non tollere a Creta lucrique facere iniuriam hanc et iacturam   21 En als men langen tijd zonder eten geweest was, toen stond Paulus op in het midden van hen, en zeide: O mannen, men behoorde mij wel gehoor gegeven te hebben, en van Kreta niet afgevaren te zijn, en dezen hinder en deze schade verhoed te hebben;  [21] Zin in eten had bijna niemand meer. Toen ging Paulus in hun midden staan en zei: ‘Hadden ze maar naar mij geluisterd, mannen. Ze hadden nooit van Kreta moeten wegvaren en roekeloos zulke risico’s lopen.   [21] Al geruime tijd had niemand aan boord nog iets gegeten. Toen sprak Paulus de opvarenden als volgt toe: ‘Had maar naar mij geluisterd, dan waren we op Kreta gebleven. Dan waren ons deze moeilijkheden bespaard gebleven en was er niets verloren gegaan.   21 ¶ Als er een groot gebrek aan eetlust begint te komen, dan stelt Paulus zich op in hun midden en zegt: o mannen, men had naar mij moeten luisteren om niet van Kreta de zee op te varen, dan was op deze hinder en schade gewonnen; 21. Il y avait longtemps qu'on n'avait plus mangé ; alors Paul, debout au milieu des autres, leur dit : « Il fallait m'écouter, mes amis, et ne pas quitter la Crète ; on se serait épargné ce péril et ce dommage.  

King James Bible . [21] But after long abstinence Paul stood forth in the midst of them, and said, Sirs, ye should have hearkened unto me, and not have loosed from Crete, and to have gained this harm and loss.
Luther-Bibel . 21 Und als man lange nichts gegessen hatte, trat Paulus mitten unter sie und sprach: Liebe Männer, man hätte auf mich hören sollen und nicht von Kreta aufbrechen, dann wäre uns Leid und Schaden erspart geblieben.

Tekstuitleg van Hnd 27,21 .

13. edei (het moest) . Verwijzing : deô (moeten) , zie Mt 16,21 . In tweeëntwintig verzen in de bijbel . In zes verzen in het O.T. . In zestien verzen in het N.T. . In vier verzen in Hnd : (10) Hnd 1,16 . (11) Hnd 17,3 . (12) Hnd 24,19 . (13) Hnd 27,21 .

Hnd 27,22 - Hnd 27,22 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
22kai ta nun parainô umas euthumein, apobolè gar psuchès oudemia estai ex umôn plèn tou ploiou:   22 et nunc suadeo vobis bono animo esse amissio enim nullius animae erit ex vobis praeterquam navis    22 Doch alsnu vermaan ik ulieden goedsmoeds te zijn; want er zal geen verlies geschieden van iemands leven onder u, maar alleen van het schip.  [22] Maar zelfs nu raad ik jullie aan moed te houden. Niemands leven zal verloren gaan, alleen het schip.   [22] Maar toch roep ik jullie op om moed te houden, want niemand van jullie zal omkomen, alleen het schip zal verloren gaan.   22 en ook nu vermaan ik u: houdt goede moed!– want er zal geen enkel verlies van leven bij u zijn alleen van het schip  22. Quoi qu'il en soit, je vous invite à avoir bon courage, car aucun de vous n'y laissera la vie, le navire seul sera perdu. 

King James Bible . [22] And now I exhort you to be of good cheer: for there shall be no loss of any man's life among you, but of the ship.
Luther-Bibel . 22 Doch nun ermahne ich euch: Seid unverzagt; denn keiner von euch wird umkommen, nur das Schiff.

Tekstuitleg van Hnd 27,22 .

Hnd 27,23 - Hnd 27,23 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
23parestè gar moi tautè tè nukti tou theou ou eimi [egô], ô kai latreuô, aggelos   23 adstitit enim mihi hac nocte angelus Dei cuius sum ego et cui deservio     23 Want dezen zelfden nacht heeft bij mij gestaan een engel Gods, Wiens ik ben, Welken ook ik dien,  [23] Want vannacht kwam er van de God die ik toebehoor en die ik dien, een engel bij me.  [23] De afgelopen nacht werd ik namelijk bezocht door een engel van de God aan wie ik toebehoor en die ik dien.  23 want bij mij kwam in deze nacht van God, van wie ik ben en die ik ook vereer, een engel staan 23. Cette nuit en effet m'est apparu un ange du Dieu auquel j'appartiens et que je sers,  

King James Bible . [23] For there stood by me this night the angel of God, whose I am, and whom I serve,
Luther-Bibel . 23 Denn diese Nacht trat zu mir der Engel des Gottes, dem ich gehöre und dem ich diene,

Tekstuitleg van - Hnd 27,23 .

15. aggelos (engel) . Verwijzing : aggelos (engel) , zie Mt 13,41 . Zelfstandig naamwoord nominatief mannelijk enkelvoud . In 155 verzen in de bijbel . In 108 verzen in het O.T. . In zevenenveertig verzen in het N.T. . In elf verzen in Hnd : (1) Hnd 5,19 . (2) Hnd 7,30 . (3) Hnd 8,26 . (4) Hnd 10,7 . (5) Hnd 12,7 . (6) Hnd 12,8 . (7) Hnd 12,10 . (8) Hnd 12,15 . (9) Hnd 12,23 . (10) Hnd 23,9 . (11) Hnd 27,23 .

Hnd 27,24 - Hnd 27,24 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
24legôn, mè fobou, paule: kaisari se dei parastènai, kai idou kecharistai soi o theos pantas tous pleontas meta sou.   24 dicens ne timeas Paule Caesari te oportet adsistere et ecce donavit tibi Deus omnes qui navigant tecum    24 Zeggende: Vrees niet, Paulus, gij moet voor den keizer gesteld worden; en zie, God heeft u geschonken allen, die met u varen.  [24] Hij heeft mij gezegd: “Wees niet bang, Paulus. Jij moet voor de keizer komen en omwille van jou heeft God al je reisgenoten begenadigd.”  [24] Hij zei: “Wees niet bang, Paulus, je moet voor de keizer verschijnen, en daarom heeft God je in zijn goedheid het leven van alle opvarenden geschonken.”   24 die zei: vrees niet Paulus; jij moet voor Caesar komen staan, en zie, God heeft je begunstigd met allen die met jou mee zeilen!–  24. et il m'a dit : «Sois sans crainte, Paul. Il faut que tu comparaisses devant César, et voici que Dieu t'accorde la vie de tous ceux qui naviguent avec toi. » 

King James Bible . [24] Saying, Fear not, Paul; thou must be brought before Caesar: and, lo, God hath given thee all them that sail with thee.
Luther-Bibel . 24 und sprach: Fürchte dich nicht, Paulus, du musst vor den Kaiser gestellt werden; und siehe, Gott hat dir geschenkt alle, die mit dir fahren.

Tekstuitleg van Hnd 27,24 .

7. dei (moet) . Verwijzing : deô (moeten) , zie Mt 16,21 . Actief praesens derde persoon enkelvoud van het werkwoord deô (moeten) . In vierennegentig verzen in de bijbel . In achttien verzen in het O.T. . In zesenzeventig verzen in het N.T. . In vijftien verzen in Handelingen : (1) Hnd 1,21 . (2) Hnd 3,21 . (3) Hnd 4,12 . (4) Hnd 5,29 . (5) Hnd 9,6 . (6) Hnd 9,16 . (7) Hnd 14,22 . (8) Hnd 15,5 . (9) Hnd 16,30 . (10) Hnd 19,21 . (11) Hnd 20,35 . (12) Hnd 23,11 . (13) Hnd 25,10 . (14) Hnd 27,24 . (15) Hnd 27,26 .

Hnd 27,25 - Hnd 27,25 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
25dio euthumeite, andres: pisteuô gar tô theô oti outôs estai kath on tropon lelalètai moi. 25 propter quod bono animo estote viri credo enim Deo quia sic erit quemadmodum dictum est mihi     25 Daarom zijt goedsmoeds, mannen, want ik geloof Gode, dat het alzo zijn zal, gelijkerwijs het mij gezegd is.   [25] Houd daarom moed, mannen, want ik heb vertrouwen in God dat het precies zo zal gaan als mij gezegd is.  [25] Houd dus moed, mannen, want ik stel vertrouwen in God en verwacht dat het zo zal gaan als me gezegd is. 25 houdt daarom goede moed, mannen; want ik heb vertrouwen in God dat het zó zal gaan, op de wijze waarvan hij tot mij heeft gesproken;   25. Courage donc, mes amis ! Je me fie à Dieu de ce qu'il en sera comme il m'a été dit. 

King James Bible . [25] Wherefore, sirs, be of good cheer: for I believe God, that it shall be even as it was told me.
Luther-Bibel . 25 Darum, liebe Männer, seid unverzagt; denn ich glaube Gott, es wird so geschehen, wie mir gesagt ist.

Tekstuitleg van Hnd 27,25 .

5. houtôs (zo) . Verwijzing : houtôs (zo, op deze wijze) , zie Mt 21,6 . In 907 verzen in de bijbel . In 708 verzen in het O.T. . In 199 verzen in het N.T. . In eenentwintig verzen bij Lucas . In zesentwintig verzen in Handelingen : (1) Hnd 1,11 . (2) Hnd 3,18 . (3) Hnd 7,1 . (4) Hnd 7,6 . (5) Hnd 7,8 . (6) Hnd 8,32 . (7) Hnd 12,8 . (8) Hnd 12,15 . (9) Hnd 13,8 . (10) Hnd 13,34 . (11) Hnd 13,47 . (12) Hnd 14,1 . (13) Hnd 17,11 . (14) Hnd 17,33 . (15) Hnd 19,20 . (16) Hnd 20,11 . (17) Hnd 20,13 . (18) Hnd 20,35 . (19) Hnd 21,11 . (20) Hnd 22,24 . (21) Hnd 24,9 . (22) Hnd 24,14 . (23) Hnd 27,17 . (24) Hnd 27,25 . (25) Hnd 27,44 . (26) Hnd 28,14 .

Hnd 27,26 - Hnd 27,26 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
26eis nèson de tina dei èmas ekpesein.    26 in insulam autem quandam oportet nos devenire    26 Doch wij moeten op een zeker eiland vervallen.   [26] We moeten op een of ander eiland belanden.’  [26] We zullen stranden op een of ander eiland.’  26 maar we moeten op een of ander eiland stranden!   26. Mais nous devons échouer sur une île. » 

King James Bible . [26] Howbeit we must be cast upon a certain island.
Luther-Bibel . 26 Wir werden aber auf eine Insel auflaufen.

Tekstuitleg van Hnd 27,26 .

5. dei (moet) . Verwijzing : deô (moeten) , zie Mt 16,21 . Actief praesens derde persoon enkelvoud van het werkwoord deô (moeten) . In vierennegentig verzen in de bijbel . In achttien verzen in het O.T. . In zesenzeventig verzen in het N.T. . In vijftien verzen in Handelingen : (1) Hnd 1,21 . (2) Hnd 3,21 . (3) Hnd 4,12 . (4) Hnd 5,29 . (5) Hnd 9,6 . (6) Hnd 9,16 . (7) Hnd 14,22 . (8) Hnd 15,5 . (9) Hnd 16,30 . (10) Hnd 19,21 . (11) Hnd 20,35 . (12) Hnd 23,11 . (13) Hnd 25,10 . (14) Hnd 27,24 . (15) Hnd 27,26 .

Hnd 27,27 - Hnd 27,27 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
27ôs de tessareskaidekatè nux egeneto diaferomenôn èmôn en tô adria, kata meson tès nuktos upenooun oi nautai prosagein tina autois chôran. 27 sed posteaquam quartadecima nox supervenit navigantibus nobis in Hadria circa mediam noctem suspicabantur nautae apparere sibi aliquam regionem    27 Als nu de veertiende nacht gekomen was, alzo wij in de Adriatische zee herwaarts en derwaarts gedreven werden, omtrent het midden des nachts, vermoedden de scheepslieden, dat hun enig land naderde.   [27] Het was de veertiende nacht en we waren nog steeds op drift in de Adriatische Zee, toen, rond middernacht, de bemanning vermoedde dat er land naderde. 
[27] Toen de veertiende nacht aanbrak, waren we nog steeds op drift in de Adriatische Zee. Omstreeks middernacht vermoedde de bemanning dat we land naderden. 
27 Het geschiedt: het wordt de veertiende nacht dat wij ronddrijven op de Adriatische Zee, en midden in de nacht hebben de scheepslui het vermoeden gekregen dat er een of ander land op hen af komt.   27. C'était la quatorzième nuit et nous étions ballottés sur l'Adriatique, quand, vers minuit, les matelots pressentirent l'approche d'une terre. 

King James Bible . [27] But when the fourteenth night was come, as we were driven up and down in Adria, about midnight the shipmen deemed that they drew near to some country;
Luther-Bibel . 27 Als aber die vierzehnte Nacht kam, seit wir in der Adria trieben, wähnten die Schiffsleute um Mitternacht, sie kämen an ein Land.

Tekstuitleg van Hnd 27,27 .

Hnd 27,28 - Hnd 27,28 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -

Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
 28kai bolisantes euron orguias eikosi, brachu de diastèsantes kai palin bolisantes euron orguias dekapente: 28 qui submittentes invenerunt passus viginti et pusillum inde separati invenerunt passus quindecim     28 En het dieplood uitgeworpen hebbende, vonden zij twintig vademen; en een weinig voortgevaren zijnde, wierpen zij wederom het dieplood uit, en vonden vijftien vademen;  [28] Met het dieplood peilden ze twintig vadem, en toen ze even verder opnieuw het lood uitwierpen peilden ze vijftien vadem.  [28] Ze gooiden het dieplood uit en peilden twintig vadem, en na even gewacht te hebben gooiden ze het lood nog eens uit en peilden toen vijftien vadem.   28 Ze werpen het dieplood uit en vinden twintig vadems; maar als ze een korte afstand verder weer het lood uitwerpen, vinden ze vijftien vadems.  28. Ils lancèrent la sonde et trouvèrent vingt brasses ; un peu plus loin, ils la lancèrent encore et trouvèrent quinze brasses. 

King James Bible . [28] And sounded, and found it twenty fathoms: and when they had gone a little further, they sounded again, and found it fifteen fathoms.
Luther-Bibel . 28 Und sie warfen das Senkblei aus und fanden es zwanzig Faden tief; und ein wenig weiter loteten sie abermals und fanden es fünfzehn Faden tief.

Tekstuitleg van Hnd 27,28 .

Hnd 27,29 - Hnd 27,29 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
 29foboumenoi te mè pou kata tracheis topous ekpesômen, ek prumnès ripsantes agkuras tessaras èuchonto èmeran genesthai. 29 timentes autem ne in aspera loca incideremus de puppi mittentes anchoras quattuor optabant diem fieri    29 En vrezende, dat zij ergens op harde plaatsen vervallen mochten, wierpen zij vier ankers van het achterschip uit, en wensten, dat het dag werd.   [29] Uit angst dat we op een klip zouden lopen, gooiden ze vanaf de achtersteven vier ankers uit, en ze wensten vurig dat het dag zou worden.  [29] Uit angst om op een klip te lopen, wierpen ze van de achtersteven vier ankers uit en baden dat het dag mocht worden.  29 Bevreesd dat we ergens langs rotsige plekken stranden, gooien ze vanaf het achterdak vier ankers uit en zijn gaan bidden dat het dag zou worden.   29. Craignant donc que nous n'allions échouer quelque part sur des écueils, ils jetèrent quatre ancres à la poupe ; et ils appelaient de leurs vœux la venue du jour.  

King James Bible . [29] Then fearing lest we should have fallen upon rocks, they cast four anchors out of the stern, and wished for the day.
Luther-Bibel . 29 Da fürchteten sie, wir würden auf Klippen geraten, und warfen hinten vom Schiff vier Anker aus und wünschten, dass es Tag würde.

Tekstuitleg van Hnd 27,29 .

Hnd 27,30 - Hnd 27,30 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
30tôn de nautôn zètountôn fugein ek tou ploiou kai chalasantôn tèn skafèn eis tèn thalassan profasei ôs ek prôrès agkuras mellontôn ekteinein,    30 nautis vero quaerentibus fugere de navi cum misissent scapham in mare sub obtentu quasi a prora inciperent anchoras extendere     30 Maar als de scheepslieden zochten uit het schip te vlieden, en de boot nederlieten in de zee, onder den schijn, alsof zij uit het voorschip de ankers zouden uitbrengen, [30] De bemanning wilde het schip verlaten. Ze lieten de sloep in zee zakken alsof ze vanaf de voorsteven ankers wilden gaan uitbrengen.   [30] Maar toen de bemanning het schip wilde verlaten en de sloep te water liet onder het mom dat ze ook boegankers wilden uitbrengen,   30 Maar als de scheepslieden het schip zoeken te ontvluchten, en de sloep in de zee neerlaten onder het voorwendsel dat ze ook vanuit de voorsteven ankers gaan uitleggen,   30. Mais les matelots cherchaient à s'enfuir du navire. Ils mirent la chaloupe à la mer, sous prétexte d'aller éloigner les ancres de la proue.  

King James Bible . [30] And as the shipmen were about to flee out of the ship, when they had let down the boat into the sea, under colour as though they would have cast anchors out of the foreship,
Luther-Bibel . 30 Als aber die Schiffsleute vom Schiff zu fliehen suchten und das Beiboot ins Meer herabließen und vorgaben, sie wollten auch vorne die Anker herunterlassen,

Tekstuitleg van Hnd 27,30 .

Hnd 27,31 - Hnd 27,31 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
31eipen o paulos tô ekatontarchè kai tois stratiôtais, ean mè outoi meinôsin en tô ploiô, umeis sôthènai ou dunasthe. 31 dixit Paulus centurioni et militibus nisi hii in navi manserint vos salvi fieri non potestis     31 Zeide Paulus tot den hoofdman en tot de krijgsknechten: Indien dezen in het schip niet blijven, gij kunt niet behouden worden.   [31] Toen zei Paulus tegen de centurio en zijn soldaten: ‘Als zij niet aan boord blijven, kunnen jullie niet gered worden.’   [31] zei Paulus tegen de centurio en de soldaten: ‘Als zij niet aan boord blijven, kunnen jullie niet worden gered.’ 31 zegt Paulus tot de overste over honderd en de soldaten: als zij niet in het schip blijven kunt gij niet worden gered!   31. Paul dit alors au centurion et aux soldats : « Si ces gens-là ne restent pas sur le navire, vous ne pouvez être sauvés. »  

King James Bible . [31] Paul said to the centurion and to the soldiers, Except these abide in the ship, ye cannot be saved.
Luther-Bibel . 31 sprach Paulus zu dem Hauptmann und zu den Soldaten: Wenn diese nicht auf dem Schiff bleiben, könnt ihr nicht gerettet werden.

Tekstuitleg van Hnd 27,31 .

11. houtoi (deze) , zie Hnd 1,14 . Aanwijzend voornaamwoord nominatief mannelijk meervoud . In 382 verzen in de bijbel . In veertien verzen in Hnd : (1) Hnd 1,14 . (2) Hnd 2,7 . (3) Hnd 2,15 . (4) Hnd 11,12 . (5) Hnd 16,17 . (6) Hnd 16,20 . (7) Hnd 17,6 . (8) Hnd 17,7 . (9) Hnd 17,11 . (10) Hnd 20,5 . (11) Hnd 24,15 . (12) Hnd 24,20 . (13) Hnd 25,11 . (14) Hnd 27,31 .

Hnd 27,32 - Hnd 27,32 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
32tote apekopsan oi stratiôtai ta schoinia tès skafès kai eiasan autèn ekpesein.  32 tunc absciderunt milites funes scaphae et passi sunt eam excidere    32 Toen hieuwen de krijgsknechten de touwen af van de boot, en lieten haar vallen.   [32] Daarop kapten de soldaten de touwen van de sloep en lieten hem in zee vallen.  [32] Daarop kapten de soldaten de touwen van de sloep en lieten hem in zee vallen.  32 Dan kappen de soldaten de touwen van de sloep en laten haar vallen. 32. Sur ce les soldats coupèrent les cordes de la chaloupe et la laissèrent tomber.  

King James Bible . [32] Then the soldiers cut off the ropes of the boat, and let her fall off.
Luther-Bibel . 32 Da hieben die Soldaten die Taue ab und ließen das Beiboot ins Meer fallen.

Tekstuitleg van Hnd 27,32 .

Hnd 27,33 - Hnd 27,33 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
33achri de ou èmera èmellen ginesthai parekalei o paulos apantas metalabein trofès legôn, tessareskaidekatèn sèmeron èmeran prosdokôntes asitoi diateleite, mèthen proslabomenoi:  33 et cum lux inciperet fieri rogabat Paulus omnes sumere cibum dicens quartadecima hodie die expectantes ieiuni permanetis nihil accipientes     33 En ondertussen dat het dag zou worden, vermaande Paulus hen allen, dat zij zouden spijze nemen, en zeide: Het is heden de veertiende dag, dat gij verwachtende blijft zonder eten, en niets hebt genomen.   [33] Voordat de dag zou aanbreken, drong Paulus erop aan dat ze allemaal zouden eten. Hij zei: ‘Jullie zitten nu al veertien dagen in spanning zonder te eten, zonder iets tot je te nemen.  [33] Kort voor het aanbreken van de dag spoorde Paulus iedereen aan om iets te eten. Hij zei: ‘Jullie wachten nu al veertien dagen af, zonder ook maar iets gegeten te hebben.   33 Tegen dat het dag zou gaan worden, heeft Paulus allen opgeroepen voedsel aan te nemen, zeggend: het is vandaag een veertiende dag die ge zonder te eten in afwachting doorbrengt, zonder iets tot u te nemen;   33. En attendant que parût le jour, Paul engageait tout le monde à prendre de la nourriture. » Voici aujourd'hui quatorze jours, disait-il, que, dans l'attente, vous restez à jeun, sans rien prendre. 

King James Bible . [33] And while the day was coming on, Paul besought them all to take meat, saying, This day is the fourteenth day that ye have tarried and continued fasting, having taken nothing.
Luther-Bibel . 33 Und als es anfing, hell zu werden, ermahnte Paulus sie alle, Nahrung zu sich zu nehmen, und sprach: Es ist heute der vierzehnte Tag, dass ihr wartet und ohne Nahrung geblieben seid und nichts zu euch genommen habt.

Tekstuitleg van Hnd 27,33 .

Hnd 27,34 - Hnd 27,34 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
34dio parakalô umas metalabein trofès, touto gar pros tès umeteras sôtèrias uparchei: oudenos gar umôn thrix apo tès kefalès apoleitai.  34 propter quod rogo vos accipere cibum pro salute vestra quia nullius vestrum capillus de capite peribit    34 Daarom vermaan ik u spijze te nemen, want dat dient tot uw behouding; want niemand van u zal een haar van het hoofd vallen.   [34] Daarom dring ik erop aan dat jullie eten. Het is voor je eigen behoud; jullie zullen er immers allemaal zonder een schrammetje afkomen.’  [34] Ik raad jullie aan om nu iets te eten, want dat zal bijdragen tot jullie redding; niemand van jullie zal een haar worden gekrenkt.’   34 daarom roep ik u op voedsel aan te nemen, want dat is voor uw redding; want van niemand van u zal een haar van het hoofd verloren gaan!   34. Je vous engage donc à prendre de la nourriture, car c'est votre propre salut qui est ici en jeu. Nul d'entre vous ne perdra un cheveu de sa tête. »  

King James Bible . [34] Wherefore I pray you to take some meat: for this is for your health: for there shall not an hair fall from the head of any of you.
Luther-Bibel . 34 Darum ermahne ich euch, etwas zu essen; denn das dient zu eurer Rettung; es wird keinem von euch ein Haar vom Haupt fallen.

Tekstuitleg van Hnd 27,34 .

Hnd 27,35 - Hnd 27,35 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
35eipas de tauta kai labôn arton eucharistèsen tô theô enôpion pantôn kai klasas èrxato esthiein. 35 et cum haec dixisset sumens panem gratias egit Deo in conspectu omnium et cum fregisset coepit manducare   35 En als hij dit gezegd had en brood genomen had, dankte hij God in aller tegenwoordigheid; en hetzelve gebroken hebbende, begon hij te eten.  [35] Daarna nam hij een brood, dankte God in het bijzijn van allen, brak het en begon te eten.  [35] Toen hij dat gezegd had, nam hij een stuk brood, dankte God in aanwezigheid van allen, brak het brood en begon te eten.   35 Dat zegt hij; hij neemt een brood, en voor het aanschijn van allen dankt hij God; hij breekt het en begint te eten.   35. Cela dit, il prit du pain, rendit grâces à Dieu devant tous, le rompit et se mit à manger.  

King James Bible . [35] And when he had thus spoken, he took bread, and gave thanks to God in presence of them all: and when he had broken it, he began to eat.
Luther-Bibel . 35 Und als er das gesagt hatte, nahm er Brot, dankte Gott vor ihnen allen und brach's und fing an zu essen.

Tekstuitleg van Hnd 27,35 .

Hnd 27,36 - Hnd 27,36 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
36euthumoi de genomenoi pantes kai autoi proselabonto trofès.   36 animaequiores autem facti omnes et ipsi adsumpserunt cibum    36 En zij allen, goedsmoeds geworden zijnde, namen ook zelven spijze.  [36] Toen vatte iedereen moed en nam ook iets te eten.  [36] Dat gaf de anderen moed, zodat ook zij gingen eten.  36 Allen worden welgemoed en hebben ook zelf voedsel tot zich genomen.   36. Alors, retrouvant leur courage, eux aussi prirent tous de la nourriture.  

King James Bible . [36] Then were they all of good cheer, and they also took some meat.
Luther-Bibel . 36 Da wurden sie alle guten Mutes und nahmen auch Nahrung zu sich.

Tekstuitleg van Hnd 27,36 .

4. pantes (allen) . Verwijzing : pas (ieder, elk) , zie Mc 2,13 . Nominatief mannelijk en vrouwelijk meervoud . In 724 verzen in de bijbel . In 166 verzen in het N.T. In drieëndertig verzen in Hnd , zie Hnd 1,14 : (1) Hnd 1,14 . (2) Hnd 2,1 . (3) Hnd 2,4 . (4) Hnd 2,12 . (5) Hnd 2,14 . (6) Hnd 2,32 . (7) Hnd 2,44 . (8) Hnd 3,24 . (9) Hnd 4,21 . (10) Hnd 5,17 . (11) Hnd 5,36 . (12) Hnd 5,37 . (13) Hnd 6,15 . (14) Hnd 8,1 . (15) Hnd 8,10 . (16) Hnd 9,21 . (17) Hnd 9,26 . (18) Hnd 9,35 . (19) Hnd 10,33 . (20) Hnd 10,43 . (21) Hnd 16,33 . (22) Hnd 17,7 . (23) Hnd 17,21 . (24) Hnd 18,17 . (25) Hnd 19,7 . (26) Hnd 20,25 . (27) Hnd 21,18 . (28) Hnd 21,20 . (29) Hnd 21,24 . (30) Hnd 22,3 . (31) Hnd 25,24 . (32) Hnd 26,4 . (33) Hnd 27,36 .
- hapantes (allen) . In zes verzen in Hnd : (Hnd 2,1) . (1) Hnd 2,7 . (2) Hnd 4,31 . (3) Hnd 5,12 . (4) Hnd 5,16 . (5) Hnd 16,3 . (6) Hnd 16,28 .

Hnd 27,37 - Hnd 27,37 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
37èmetha de ai pasai psuchai en tô ploiô diakosiai ebdomèkonta ex.   37 eramus vero universae animae in navi ducentae septuaginta sex     37 Wij waren nu in het schip in alles tweehonderd zes en zeventig zielen.  [37] We waren aan boord met in totaal tweehonderzesenzeventig mensen*.  [37] In totaal waren we met tweehonderdzesenzeventig mensen aan boord.   37 Met z’n allen zijn we in het schip geweest met tweehonderd zesenzeventig zielen.   37. Nous étions en tout sur le navire deux cent soixante-seize personnes.  

King James Bible . [37] And we were in all in the ship two hundred threescore and sixteen souls.
Luther-Bibel . 37 Wir waren aber alle zusammen im Schiff zweihundertsechsundsiebzig.

Tekstuitleg van Hnd 27,37 .

Hnd 27,38 - Hnd 27,38 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
38koresthentes de trofès ekoufizon to ploion ekballomenoi ton siton eis tèn thalassan.     38 En als zij met spijze verzadigd waren, lichtten zij het schip, en wierpen het koren uit in de zee.   [38] Toen ze genoeg gegeten hadden, maakten ze het schip lichter door het graan in zee te gooien.  [38] Nadat iedereen genoeg had gegeten, maakten ze het schip lichter door het graan overboord te gooien.  38 Van voedsel verzadigd hebben ze het schip lichter gemaakt door het graan in de zee te werpen.  38. Une fois rassasiés, on se mit à alléger le navire en jetant le blé à la mer.  

King James Bible . [38] And when they had eaten enough, they lightened the ship, and cast out the wheat into the sea.
Luther-Bibel . 38 Und nachdem sie satt geworden waren, erleichterten sie das Schiff und warfen das Getreide in das Meer.

Tekstuitleg van Hnd 27,38 .

Hnd 27,39 - Hnd 27,39 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
39ote de èmera egeneto, tèn gèn ouk epeginôskon, kolpon de tina katenooun echonta aigialon eis on ebouleuonto ei dunainto exôsai to ploion.  38 et satiati cibo adleviabant navem iactantes triticum in mare cum autem dies factus esset terram non agnoscebant sinum vero quendam considerabant habentem litus in quem cogitabant si possent eicere navem    39 En toen het dag werd, kenden zij het land niet; maar zij merkten een zekeren inham, die een oever had, tegen denwelken zij geraden vonden, zo zij konden, het schip aan te zetten.   [39] Het werd dag, maar ze herkenden de kust niet. Wel zagen ze een of andere inham met een strand, en ze overlegden of ze het schip daar niet aan de grond konden laten lopen.   [39] Toen het licht werd, herkenden ze de kust niet, maar ze zagen een baai met een strand en besloten een poging te doen om het schip daar aan de grond te zetten.   39 Toen het dag werd herkenden ze het land niet, maar ze werden een of andere inham gewaar die een strand had, en daar wilden ze, als ze het zouden kunnen, het schip laten vastlopen. 39. Quand le jour parut, les marins ne reconnurent pas la terre ; ils distinguaient seulement une baie avec une plage, et ils se proposaient, si possible, d'y pousser le navire. 

King James Bible . [39] And when it was day, they knew not the land: but they discovered a certain creek with a shore, into the which they were minded, if it were possible, to thrust in the ship.
Luther-Bibel . 39 Als es aber Tag wurde, kannten sie das Land nicht; eine Bucht aber wurden sie gewahr, die hatte ein flaches Ufer. Dahin wollten sie das Schiff treiben lassen, wenn es möglich wäre.

Tekstuitleg van Hnd 27,39 .

Hnd 27,40 - Hnd 27,40 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
40kai tas agkuras perielontes eiôn eis tèn thalassan, ama anentes tas zeuktèrias tôn pèdaliôn, kai eparantes ton artemôna tè pneousè kateichon eis ton aigialon.  40 et cum anchoras abstulissent committebant se mari simul laxantes iuncturas gubernaculorum et levato artemone secundum flatum aurae tendebant ad litus    40 En als zij de ankers opgehaald hadden, gaven zij het schip aan de zee over, meteen de roerbanden losmakende; en het razeil naar den wind opgehaald hebbende, hielden zij het naar den oever toe. [40] Ze maakten de ankers los en lieten ze in zee; tegelijkertijd haalden ze de touwen van de roeren weg, hesen het voorzeil en koersten voor de wind op het strand aan.   [40] Ze maakten de ankers los en gaven ze prijs aan de zee, en tegelijkertijd haalden ze de riemen weg waarmee het dubbelroer vastzat. Toen hesen ze het voorzeil en hielden voor de wind aan op het strand.  40 Ze lichten de ankers en laten zich over aan de zee; tegelijk maken ze de aanhechtingen los van de stuurriemen; ze hijsen het voorzeil in de wind en hebben koers gehouden op het strand aan.   40. Ils détachèrent les ancres qu'ils abandonnèrent à la mer ; ils relâchèrent en même temps les amarres des gouvernails. Puis, hissant au vent la voile d'artimon, ils se laissèrent porter vers la plage.

King James Bible . [40] And when they had taken up the anchors, they committed themselves unto the sea, and loosed the rudder bands, and hoised up the mainsail to the wind, and made toward shore.
Luther-Bibel . 40 Und sie hieben die Anker ab und ließen sie im Meer, banden die Steuerruder los und richteten das Segel nach dem Wind und hielten auf das Ufer zu.

Tekstuitleg van Hnd 27,40 .

Hnd 27,41 - Hnd 27,41 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
41peripesontes de eis topon dithalasson epekeilan tèn naun, kai è men prôra ereisasa emeinen asaleutos, è de prumna elueto upo tès bias [tôn kumatôn].   41 et cum incidissemus in locum bithalassum inpegerunt navem et prora quidem fixa manebat inmobilis puppis vero solvebatur a vi maris    41 Maar vervallende op een plaats, die de zee aan beide zijden had, zetten zij het schip daarop; en het voorschip, vastzittende, bleef onbewegelijk, maar het achterschip brak van het geweld der baren.   [41] Maar toen ze in een ondiepte kwamen lieten ze het vaartuig daar aan de grond lopen. De voorsteven bleef op slag onwrikbaar vastzitten, maar het achterschip werd door het geweld van de golven weggeslagen.  [41] Ze stootten echter op een zandbank, en daar liep het schip aan de grond. De boeg kwam onbeweeglijk vast te zitten, en door het geweld van de golven begon de achtersteven te breken.  41 Maar ze komen terecht op een plek met aan twee kanten zee en laten de boot daarop lopen. De voorsteven boort zich daarin en blijft onbeweeglijk vastzitten, maar het achterdek is losgeraakt door het geweld.   41. Mais ayant touché un haut-fond entre deux courants, ils y firent échouer le navire. La proue, fortement engagée, restait immobile, tandis que la poupe, violemment secouée, se disloquait.  

King James Bible . [41] And falling into a place where two seas met, they ran the ship aground; and the forepart stuck fast, and remained unmoveable, but the hinder part was broken with the violence of the waves.
Luther-Bibel . 41 Und als sie auf eine Sandbank gerieten, ließen sie das Schiff auflaufen und das Vorderschiff bohrte sich ein und saß fest, aber das Hinterschiff zerbrach unter der Gewalt der Wellen.

Tekstuitleg van Hnd 27,41 .

Hnd 27,42 - Hnd 27,42 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
42tôn de stratiôtôn boulè egeneto ina tous desmôtas apokteinôsin, mè tis ekkolumbèsas diafugè:   42 militum autem consilium fuit ut custodias occiderent ne quis cum enatasset effugeret    42 De raadslag nu der krijgslieden was, dat zij de gevangenen zouden doden, opdat niemand, ontzwommen zijnde, zoude ontvlieden.  [42] De soldaten wilden toen de gevangenen doden om te voorkomen dat de een of ander zwemmend zou ontsnappen.  [42] De soldaten vatten het plan op om de gevangenen te doden, zodat niemand zwemmend zou kunnen vluchten.  42 Bij de soldaten ontstaat een plan om de gevangenen te doden, zodat niemand zwemmend kan ontvluchten.   42. Les soldats résolurent alors de tuer les prisonniers, de peur qu'il ne s'en échappât quelqu'un à la nage. 

King James Bible . [42] And the soldiers' counsel was to kill the prisoners, lest any of them should swim out, and escape.
Luther-Bibel . 42 Die Soldaten aber hatten vor, die Gefangenen zu töten, damit niemand fortschwimmen und entfliehen könne.

Tekstuitleg van Hnd 27,42 .

Hnd 27,43 - Hnd 27,43 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
43o de ekatontarchès boulomenos diasôsai ton paulon ekôlusen autous tou boulèmatos, ekeleusen te tous dunamenous kolumban aporipsantas prôtous epi tèn gèn exienai,   43 centurio autem volens servare Paulum prohibuit fieri iussitque eos qui possent natare mittere se primos et evadere et ad terram exire     43 Maar de hoofdman, willen Paulus behouden, belette hun dat voornemen, en beval, dat degenen, die zwemmen konden, zich eerst zouden afwerpen, en te land komen;  [43] Maar de centurio, die Paulus wilde redden, verijdelde hun opzet. Hij gaf het bevel dat eerst wie kon zwemmen overboord moest springen om aan land te komen,  [43] Maar de centurio, die wilde dat Paulus in leven bleef, verijdelde hun plan en gaf bevel dat eerst degenen die konden zwemmen overboord moesten springen om aan land te gaan  43 Maar de overste over honderd is van plan Paulus te redden en hindert hen in dat plan: hij beveelt dat wie kunnen zwemmen als eersten springen en op het land gaan,   43. Mais le centurion, qui voulait sauver Paul, s'opposa à leur dessein. Il donna l'ordre à ceux qui savaient nager de se jeter à l'eau les premiers et de gagner la terre ;  

King James Bible . [43] But the centurion, willing to save Paul, kept them from their purpose; and commanded that they which could swim should cast themselves first into the sea, and get to land:
Luther-Bibel . 43 Aber der Hauptmann wollte Paulus am Leben erhalten und wehrte ihrem Vorhaben und ließ die, die schwimmen konnten, als Erste ins Meer springen und sich ans Land retten,

Tekstuitleg van Hnd 27,43 .

Hnd 27,44 - Hnd 27,44 : Op transport naar Rome; schipbreuk - bijbeloverzicht -- Hnd (Handelingen) -- Hnd 27 -- bijbelverwijzingen -- Hnd 27,1-44 -- Hnd 27,1 - Hnd 27,2 - Hnd 27,3 - Hnd 27,4 - Hnd 27,5 - Hnd 27,6 - Hnd 27,7 - Hnd 27,8 - Hnd 27,9 - Hnd 27,10 - Hnd 27,11 - Hnd 27,12 - Hnd 27,13 - Hnd 27,14 - Hnd 27,15 - Hnd 27,16 - Hnd 27,17 - Hnd 27,18 - Hnd 27,19 - Hnd 27,20 - Hnd 27,21 - Hnd 27,22 - Hnd 27,23 - Hnd 27,24 - Hnd 27,25 - Hnd 27,26 - Hnd 27,27 - Hnd 27,28 - Hnd 27,29 - Hnd 27,30 - Hnd 27,31 - Hnd 27,32 - Hnd 27,33 - Hnd 27,34 - Hnd 27,35 - Hnd 27,36 - Hnd 27,37 - Hnd 27,38 - Hnd 27,39 - Hnd 27,40 - Hnd 27,41 - Hnd 27,42 - Hnd 27,43 - Hnd 27,44 -
Griekse tekst Vulgaat   Statenvertaling   Willibrordvertaling Nieuwe vertaling (2005) Naardense bijbel Bible de Jérusalem 
44kai tous loipous ous men epi sanisin ous de epi tinôn tôn apo tou ploiou: kai outôs egeneto pantas diasôthènai epi tèn gèn.   44 et ceteros alios in tabulis ferebant quosdam super ea quae de navi essent et sic factum est ut omnes animae evaderent ad terram     44 En de anderen, sommigen op planken, en sommigen op enige stukken van het schip. En alzo is het geschied, dat zij allen behouden aan het land gekomen zijn.  [44] en dan de rest, met planken of met behulp van een paar bemanningsleden. En zo kwam iedereen veilig en wel aan land.  [44] en daarna de anderen, op planken of stukken wrakhout. En zo kwamen allen behouden aan wal.  44 en dan de overigen deels op planken, deels op enkele stukken van het schip. En zo geschiedt het dat allen gered het land op komen.   44. quant aux autres, ils la gagneraient, qui sur des planches, qui sur les épaves du navire. Et c'est ainsi que tous parvinrent sains et saufs à terre.  

King James Bible . [44] And the rest, some on boards, and some on broken pieces of the ship. And so it came to pass, that they escaped all safe to land.
Luther-Bibel . 44 die andern aber einige auf Brettern, einige auf dem, was noch vom Schiff da war. Und so geschah es, dass sie alle gerettet ans Land kamen.

Tekstuitleg van Hnd 27,44 .


Griekse tekst

1ôs de ekrithè tou apoplein èmas eis tèn italian, paredidoun ton te paulon kai tinas eterous desmôtas ekatontarchè onomati iouliô speirès sebastès. 2epibantes de ploiô adramuttènô mellonti plein eis tous kata tèn asian topous anèchthèmen, ontos sun èmin aristarchou makedonos thessalonikeôs: 3tè te etera katèchthèmen eis sidôna, filanthrôpôs te o ioulios tô paulô chrèsamenos epetrepsen pros tous filous poreuthenti epimeleias tuchein. 4kakeithen anachthentes upepleusamen tèn kupron dia to tous anemous einai enantious, 5to te pelagos to kata tèn kilikian kai pamfulian diapleusantes katèlthomen eis mura tès lukias. 6kakei eurôn o ekatontarchès ploion alexandrinon pleon eis tèn italian enebibasen èmas eis auto. 7en ikanais de èmerais braduploountes kai molis genomenoi kata tèn knidon, mè proseôntos èmas tou anemou, upepleusamen tèn krètèn kata salmônèn, 8molis te paralegomenoi autèn èlthomen eis topon tina kaloumenon kalous limenas, ô eggus polis èn lasaia. 9ikanou de chronou diagenomenou kai ontos èdè episfalous tou ploos dia to kai tèn nèsteian èdè parelèluthenai, parènei o paulos 10legôn autois, andres, theôrô oti meta ubreôs kai pollès zèmias ou monon tou fortiou kai tou ploiou alla kai tôn psuchôn èmôn mellein esesthai ton ploun. 11o de ekatontarchès tô kubernètè kai tô nauklèrô mallon epeitheto è tois upo paulou legomenois. 12aneuthetou de tou limenos uparchontos pros paracheimasian oi pleiones ethento boulèn anachthènai ekeithen, ei pôs dunainto katantèsantes eis foinika paracheimasai, limena tès krètès bleponta kata liba kai kata chôron. 13upopneusantos de notou doxantes tès protheseôs kekratèkenai, arantes asson parelegonto tèn krètèn. 14met ou polu de ebalen kat autès anemos tufônikos o kaloumenos eurakulôn: 15sunarpasthentos de tou ploiou kai mè dunamenou antofthalmein tô anemô epidontes eferometha. 16nèsion de ti upodramontes kaloumenon kauda ischusamen molis perikrateis genesthai tès skafès, 17èn arantes boètheiais echrônto upozônnuntes to ploion: foboumenoi te mè eis tèn surtin ekpesôsin, chalasantes to skeuos, outôs eferonto. 18sfodrôs de cheimazomenôn èmôn tè exès ekbolèn epoiounto, 19kai tè tritè autocheires tèn skeuèn tou ploiou erripsan. 20mète de èliou mète astrôn epifainontôn epi pleionas èmeras, cheimônos te ouk oligou epikeimenou, loipon perièreito elpis pasa tou sôzesthai èmas. 21pollès te asitias uparchousès tote statheis o paulos en mesô autôn eipen, edei men, ô andres, peitharchèsantas moi mè anagesthai apo tès krètès kerdèsai te tèn ubrin tautèn kai tèn zèmian. 22kai ta nun parainô umas euthumein, apobolè gar psuchès oudemia estai ex umôn plèn tou ploiou: 23parestè gar moi tautè tè nukti tou theou ou eimi [egô], ô kai latreuô, aggelos 24legôn, mè fobou, paule: kaisari se dei parastènai, kai idou kecharistai soi o theos pantas tous pleontas meta sou. 25dio euthumeite, andres: pisteuô gar tô theô oti outôs estai kath on tropon lelalètai moi. 26eis nèson de tina dei èmas ekpesein. 27ôs de tessareskaidekatè nux egeneto diaferomenôn èmôn en tô adria, kata meson tès nuktos upenooun oi nautai prosagein tina autois chôran. 28kai bolisantes euron orguias eikosi, brachu de diastèsantes kai palin bolisantes euron orguias dekapente: 29foboumenoi te mè pou kata tracheis topous ekpesômen, ek prumnès ripsantes agkuras tessaras èuchonto èmeran genesthai. 30tôn de nautôn zètountôn fugein ek tou ploiou kai chalasantôn tèn skafèn eis tèn thalassan profasei ôs ek prôrès agkuras mellontôn ekteinein, 31eipen o paulos tô ekatontarchè kai tois stratiôtais, ean mè outoi meinôsin en tô ploiô, umeis sôthènai ou dunasthe. 32tote apekopsan oi stratiôtai ta schoinia tès skafès kai eiasan autèn ekpesein. 33achri de ou èmera èmellen ginesthai parekalei o paulos apantas metalabein trofès legôn, tessareskaidekatèn sèmeron èmeran prosdokôntes asitoi diateleite, mèthen proslabomenoi: 34dio parakalô umas metalabein trofès, touto gar pros tès umeteras sôtèrias uparchei: oudenos gar umôn thrix apo tès kefalès apoleitai. 35eipas de tauta kai labôn arton eucharistèsen tô theô enôpion pantôn kai klasas èrxato esthiein. 36euthumoi de genomenoi pantes kai autoi proselabonto trofès. 37èmetha de ai pasai psuchai en tô ploiô diakosiai ebdomèkonta ex. 38koresthentes de trofès ekoufizon to ploion ekballomenoi ton siton eis tèn thalassan. 39ote de èmera egeneto, tèn gèn ouk epeginôskon, kolpon de tina katenooun echonta aigialon eis on ebouleuonto ei dunainto exôsai to ploion. 40kai tas agkuras perielontes eiôn eis tèn thalassan, ama anentes tas zeuktèrias tôn pèdaliôn, kai eparantes ton artemôna tè pneousè kateichon eis ton aigialon. 41peripesontes de eis topon dithalasson epekeilan tèn naun, kai è men prôra ereisasa emeinen asaleutos, è de prumna elueto upo tès bias [tôn kumatôn]. 42tôn de stratiôtôn boulè egeneto ina tous desmôtas apokteinôsin, mè tis ekkolumbèsas diafugè: 43o de ekatontarchès boulomenos diasôsai ton paulon ekôlusen autous tou boulèmatos, ekeleusen te tous dunamenous kolumban aporipsantas prôtous epi tèn gèn exienai, 44kai tous loipous ous men epi sanisin ous de epi tinôn tôn apo tou ploiou: kai outôs egeneto pantas diasôthènai epi tèn gèn.